Ysbrand van Hamelsveld

Ysbrand VAN HAMELSVELD

Johannes Allart, Amsterdam
1789-1796

Van HamelsveldYsbrand Van Hamelsveld werd als zoon van een speelkaarten-fabrikant in 1743 te Utrecht geboren. De keuze om zijn vader op te volgen of een academische opleiding na te streven, verliep in het voordeel van het laatste. Hij promoveerde in 1764 in de letteren en een jaar later in de theologie. In 1766 werd hij predikant in Durgerdam, waar hij een tiental jaar verbleef. Vandaar vertrok hij naar Grootebroek, toen naar Goes. Hier ontstond echter een conflict tussen hem en een collega en enkele plaatselijke notabelen. De daaruit voortvloeiende vertrouwensbreuk brachten Van Hamelsveld ertoe vrijwillig ontslag te nemen als predikant. Ambteloos vertrok hij in 1779 terug naar zijn geboortestad, Utrecht om zich bezig te houden met schrijven en publiceren. Hier werd hij in 1784 benoemd tot hoogleraar in de godgeleerdheid. Tijdens de politieke beroeringen in de jaren die volgden, ontpopt hij zich ook tot een vurig patriot. Als dusdanig voert hij in het openbaar het woord waardoor de Utrechtse grond hem op een bepaald moment te warm onder de voeten wordt. In de gehele provincie krijgt hij preekverbod opgelegd en wordt hem zelfs de toegang tot Amsterdam ontzegd. Daarop vestigt Van Hamelsveld zich achtereenvolgens in Durgerdam en Leiden. Hier werkt hij aan zijn Bijbelvertaling en wordt hem terug het hoogleraarsambt gepresenteerd. Kennelijk heeft hij dit aanbod afgewezen om zich volledig aan de politiek te wijden. Na een korte gevangenschap tijdens de politieke tegenomwenteling in 1798 zoekt hij zijn verblijf bij zijn zoon in Amsterdam. Dit was tevens zijn laatste verblijfplaats totdat hij in 1812 overleed.

Het Oude Testament (1791) Eerste druk

Van Hamelsveld heeft talloze publicaties en vertalingen op zijn naam staan. Veel daarvan wil de leek vertrouwd maken met de vorderingen in de Bijbelwetenschap. Zijn vertaling van de Bijbel lag in het verlengde daarvan. Met de Statenvertaling als kanselbijbel, was zijn vertaling vooral van betekenis voor persoonlijke studie, waarbij hij vooral de inhoud dichter tot het publiek tracht te brengen. Daarvan getuigt de eerste druk in een 20-delige octavo-uitgave, die voorzien werd van uitgebreide commentaren. De Bijbelvertaling zelf levert een moderne, levendige en begrijpelijke taal wat men vandaag als het ‘functioneel-equivalente vertaalprincipe’ zou bestempelen. Vanuit deze optiek gaat Van Hamelsveld betrekkelijk vrij om met de ontvangende taal. Algemeen genomen werd deze Bijbelvertaling gunstig onthaald. Gezien de lof die zij bij verschijning oogstte, blijkt dat er behoefte bestond aan een eenvoudig leesbare Bijbel. In 1791 brengt Van Hamelsveld ook een prentbijbel uit onder de titel: De gewigtigste geschiedenissen de Bybels, afgebeeld in twee honderd twee en vijftig printverbeeldingen…

Psalm 83:16-19

Vanaf de tweede helft van de 18e eeuw ontstond in academische kringen een nieuwe vertaalcultuur met betrekking tot de weergave van de Goddelijke naam. Meer stemmen gingen op om deze zijn plaats in de Bijbeltekst terug te geven. Naar het voorbeeld van de Jehovahbijbel uit 1755, gebruikt Van Hamelsveld de Godsnaam vrijwel overal in het Oude Testament. De weergave ‘Jehova’ krijgt de voorkeur. Afhankelijk van het vertaalritme bezigt hij ook ‘Jova’ of ‘Jehova God’ of andere vrije vormen. Voorbeelden zijn te bekijken via volgende link (scrollen naar 1789-1798).